Kinderen leren het best door ze te vertellen wat ze goed hebben gedaan, volwassenen leren juist van fouten. Dit komt omdat het voor kinderen heel gewoon is fouten te maken. Ze halen hun schouders op over negatieve feedback. Praten, lopen, leren lezen? Het gaat allemaal met vallen en opstaan. De hersenen van kinderen vertonen pas extra activiteit wanneer ze te horen krijgen dat ze iets goed doen. Volwassenen zijn gewend dingen goed te doen. Die kunnen heel veel dingen al. Een fout is dan een afwijking van het normale patroon, het valt extra op en hierdoor leren volwassenen juist van fouten (*).
Wij zijn in het algemeen vaak bang om fouten te maken en dat zou dan eigenlijk stilstand betekenen. Hoe leuk is het dan om, in een veilige omgeving, heel veel fouten te mogen maken. Ik laat deelnemers aan een workshop theatersport bijvoorbeeld wel eens het meest foute feedbackgesprek voeren. Zelf maak ik ook geweldig veel 'fouten' als trainingsactrice door niet een keurig verantwoord, volgens de communicatieregels gepaste reactie te geven, maar juist dat onaangepaste gedrag te tonen, of die nare reactie waar de ander bang voor is. Ik reageer in een rollenspel emotioneel, bot, vervelend, aanvallend, etc. En de ander mag ook fouten maken, zodat die direct het effect ervan kan merken.
En dan is er ook nog het regiemodel. Wat is het leven van een trainer/trainingsacteur toch leuk! Je kunt met humor zoveel bereiken. Door deelnemers aan een training een lachspiegel te bieden, een uitvergroting dan wel vervorming van de werkelijkheid, zien ze precies waar het fout kan gaan en beseffen ze tegelijkertijd hoeveel ze al goed doen.
Een tijdje geleden mocht ik samen met andere trainers van Parenticom (trainingsbureau voor kinderopvang en basisonderwijs) tijdens een studiemiddag Oudergesprekken een workshop geven aan een voorschoolse opvang. Zo'n 60 pedagogisch medewerkers werden er getraind.
Voordat we uiteen gingen in de verschillende subgroepen en workshops, was er een algemeen gedeelte waar we op interactieve wijze met de stof omgingen. Onderdeel daarvan was een sketch. Samen met collega Majanka liet ik op een humorvolle en snelle manier zien hoe het niet moet.
Als 'leidster' voerde ik een lekker direct gesprek met 'een ouder', gaf ik ongezouten mijn mening over haar kind, en ook nog over de moeder zelf, plakte er een etiket op, negeerde haar reactie en rondde ik tevreden het gesprek af. Het publiek was geschokt en wilde heel graag verbeteringen aanbrengen in mijn wijze van communiceren. Dat mocht.
Na afloop van deze act kon het publiek, via het regiemodel, aangeven hoe het gesprek beter kon. Het regiemodel is een (inter)actief en praktisch trainingsmodel dat werkt met fouten. Hierbij wordt eerst getoond hoe het niet moet en daarna kunnen deelnemers, als regisseur, het gesprek stap voor stap bijsturen. De suggesties speelden we uit zodat het effect direct zichtbaar was. Een hele leuke manier om van en met elkaar te leren. In de evaluaties werd dit onderdeel van de middag dan ook hoog gewaardeerd.
Zie hier de sketch.
(*) Bron: Geen gevecht, geen gebijt, geen gegil. Het bevorderen van positief gedrag bij mensen met autisme en andere ontwikkelingsstoornissen, Bo Hejlskov Elven